Het onderstaande profiel is opgesteld op basis van de partnerschapsovereenkomst die de Europese Commissie op 25 mei 2022 heeft goedgekeurd.
Het omvat 4 nationale programma's (EFRO, ESF+, JTF, EMFAF) en 8 regionale programma's (programma voor Stockholm, programma voor Oostelijk Midden-Zweden, programma voor Småland en de eilanden, programma voor Skåne-Blekinge, programma voor West-Zweden, programma voor Noordelijk Midden-Zweden, programma voor Midden-Norrland, programma voor Boven-Norrland).
De landenspecifieke aanbevelingen voor Zweden 2019 hadden onder meer betrekking op investeringen ter verbetering van de doeltreffendheid en de arbeidsmarktrelevantie van de onderwijsstelsels, alsook op de noodzaak van investeringen ter ondersteuning van de integratie van in het buitenland geboren personen en ter bevordering van actieve integratie en verbetering van de inzetbaarheid van kansarmen.
De gevolgen van de covid-19 crisis hebben de situatie op de arbeidsmarkt sterk beïnvloed. Iedereen die zijn baan heeft verloren, heeft goede mogelijkheden nodig om over te stappen op een nieuwe baan. De inspanningen in het kader van React-EU zijn daarom gericht op vrouwen en mannen die tijdens de pandemie werkloos zijn geworden en die moeten worden gewapend en gematcht om hun positie op de arbeidsmarkt te versterken en snel aan het werk te gaan. De inspanningen zijn ook gericht op werkenden van wie wordt aangenomen dat zij vaardigheden moeten ontwikkelen om hun positie op de arbeidsmarkt te versterken.
Een hogere werkloosheid kan ook leiden tot een hogere langdurige werkloosheid. Ook vóór de pandemie was de langdurige werkloosheid hoog. Groepen die voorheen waren uitgesloten of een zwakke positie op de arbeidsmarkt hadden, dreigen bijzonder hard te worden getroffen. De pandemie heeft bijgedragen tot een versnelling van de structurele transformatie van de arbeidsmarkt.
Digitalisering en automatisering worden steeds belangrijker, wat nieuwe eisen stelt aan de vaardigheden van de arbeidskrachten en dat er mogelijkheden zijn voor de ontwikkeling van vaardigheden, opleiding en verandering.
Het programma bevat vaardigheidsverbeterende en individueel toegesneden inspanningen, zodat werkzoekenden hun positie op de arbeidsmarkt kunnen versterken en de banen kunnen aannemen die zich aandienen. Het programma bevat ook maatregelen die ervoor zorgen dat de afstemming op sectoren met aanhoudende grote aanwervingsbehoeften goed werkt.
Het programma omvat een leven lang leren met mogelijkheden voor begeleiding, validatie, competentieontwikkeling en omscholing. Het verbetert de voorwaarden voor mobiliteit op de arbeidsmarkt en voor werknemers om zich op de arbeidsmarkt te kunnen handhaven als de eisen van het arbeidsleven zich ontwikkelen, bijvoorbeeld als gevolg van digitalisering of de groene transitie. Het is belangrijk dat het onderwijsstelsel flexibele opleidingsmogelijkheden biedt voor verschillende doelgroepen, om tegemoet te komen aan de behoeften van zowel werklozen als werknemers aan ontwikkeling van vaardigheden en omscholing. Het programma omvat inspanningen om de vastgestelde uitdagingen op het gebied van onderwijs aan te gaan, onder meer om ervoor te zorgen dat meer mensen het reguliere onderwijs op basis-, middelbaar en postsecundair niveau voltooien. Initiatieven op het gebied van het aanbod van vaardigheden worden uitgevoerd op basis van de behoeften van de arbeidsmarkt.
De inkomensverschillen tussen de hoogste en de laagste inkomens zijn toegenomen, terwijl de reële inkomens in alle groepen zijn gestegen. De absolute armoede is afgenomen en in Zweden is het percentage absolute armen het laagste van de EU. De relatieve armoede is de afgelopen tien jaar echter licht gestegen. Het percentage mensen dat steun ontvangt is licht gedaald, maar het betaalde steunbedrag is tussen 2010 en 2019 licht gestegen. Om de sociale inclusie te versterken en de materiële armoede terug te dringen, worden inspanningen geleverd om mensen dichter bij de arbeidsmarkt te brengen. Zo kan de mogelijkheid tot zelfvoorziening worden vergroot. Om sociale uitsluiting te doorbreken en armoede te bestrijden, zijn er initiatieven voor kinderen die de mogelijkheden voor duurzame integratie in de samenleving vergroten. De inspanningen voor financieel achtergestelde kinderen zijn gericht op versterking van hun schoolopleiding, het creëren van zinvolle vrije tijd en integratie in de sociale gemeenschap.
Midden-Norrland en Boven-Norrland nemen deel aan speciale fondsen omdat er uitdagingen zijn in de vorm van grote afstanden en een lage bevolkingsdichtheid. Daarom worden in deze programmagebieden speciale inspanningen geleverd op het gebied van afstandsoverbrugging en capaciteitsopbouw. De inspanningen zijn vooral gericht op versterking van de capaciteit van lokale en regionale structuren, maar kunnen ook op individuele personen worden gericht.
De maatregelen dragen bij tot de uitvoering van de Europese pijler van sociale rechten, met name de beginselen van actieve arbeidsmarktmaatregelen, onderwijs en levenslang leren, gendergelijkheid en gelijke kansen.
Binnen beleidsdoelstelling 4 moet het nationale programma voor ESF+ acties bevatten die leiden tot verbetering van de toegang tot werkgelegenheid, bevordering van een leven lang leren, aanmoediging van actieve integratie en bevordering van sociale integratie. De nadruk ligt op versterkende en preventieve inspanningen voor het individu en op inspanningen die op lange termijn methoden enz. op organisatorisch en structureel niveau testen, ontwikkelen en versterken. Het ESF+ in Zweden is een nationaal programma met acht regionale actieplannen.
Het grootste deel van het nationale programma gaat naar programmagebied A en draagt bij tot werkgelegenheid, groei en een duurzaam arbeidsleven, zowel door levenslang leren als door alle werkzoekenden meer kansen op werk of studie te bieden. Binnen programmagebied B worden middelen toegewezen aan Arbetsförmedlingen voor initiatieven die bijdragen tot de overgang naar werk of studie. De inspanningen moeten ertoe bijdragen dat personen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt aan het werk gaan of dichter bij de arbeidsmarkt komen. Binnen programmagebied C zijn de inspanningen gericht op de ondersteuning van personen die financieel kwetsbaar zijn binnen de definitie van relatieve armoede. De inspanningen moeten ook de gevolgen van kinderarmoede tegengaan en verzachten. Om de capaciteit in Opper-Norrland en Midden-Norrland te vergroten, omvat programmagebied D inspanningen die bijdragen tot de modernisering van de instellingen en diensten van de arbeidsmarkt. Binnen programmagebied E worden inspanningen geleverd om bij te dragen aan de ontwikkeling, het testen, de uitvoering en de verspreiding van sociale innovaties.
De middelen van het ESF+ moeten worden ingezet waar zij het meeste nut hebben in de samenleving. Door inspanningen die het nationale beleid ontwikkelen, moet het ESF+ toegevoegde waarde creëren en de nationale inspanningen aanvullen, bijvoorbeeld interventies voor personen die ver van de arbeidsmarkt af staan, zoals in het buitenland geboren vrouwen en jongeren die werken noch studeren, en interventies voor personen die een overgang naar een nieuw beroep nodig hebben. Er kunnen inspanningen worden geleverd op gebieden waar de EU-financiering ertoe bijdraagt dat Zweden meer kan doen voor de doelgroep van het ESF+, zodat meer personen zich ontwikkelen en dichter bij de arbeidsmarkt komen of de kans krijgen om op de arbeidsmarkt te blijven.
Binnen beleidsdoelstelling 4 moet het ESF+ de toegang tot werkgelegenheid verbeteren, een leven lang leren bevorderen, actieve integratie aanmoedigen en sociale insluiting bevorderen, en voor de meest noordelijke programmagebieden ook bijdragen tot de modernisering van de arbeidsmarktinstellingen en -diensten.
Het ontwikkelen van vaardigheden voor slimme specialisatie, structurele transformatie en ondernemerschap is een specifieke doelstelling binnen het EFRO. Om aan deze specifieke doelstelling bij te dragen, kan het EFRO steun verlenen aan het aanbod van strategische vaardigheden in kleine en middelgrote ondernemingen op gebieden die verband houden met slimme specialisatie.
Samenwerking in het kader van het ESF+ kan ook relevant zijn in verband met Erasmus+ en het Europees Solidariteitskorps, waar de synergieën betrekking kunnen hebben op het bevorderen van mobiliteit voor onderwijsdoeleinden voor studenten met slechtere omstandigheden of deelname aan vrijwilligersactiviteiten, strategische partnerschappen, jongerenuitwisselingen en de ontwikkeling van vaardigheden voor mensen die met jongeren werken.
Inclusie en integratie op de arbeidsmarkt zijn nodig om duurzame economische groei te bereiken. De landen rond de Oostzee staan voor vergelijkbare uitdagingen wat betreft vergrijzing, vaardighedenkloof, een leven lang leren, de overgang tussen onderwijs en werk en het afronden van het hoger secundair onderwijs door jongeren. Het ESF+ maakt de inspanningen van verschillende actoren in het kader van de Oostzeestrategie mogelijk door onder meer projectoproepen.
Wat het vergroten van de vaardigheden en de omscholing van werknemers betreft, kan het ESF+ inspanningen in het hele land ondersteunen, terwijl het FRO dergelijke inspanningen in verband met de klimaattransitie alleen ondersteunt voor de staalindustrie in het district Norrbotten en de metaalindustrie in het district Västerbotten. Inspanningen binnen het EFRO (beleidsdoelstelling 1) en het ESF+ kunnen de inspanningen binnen het FRO aanvullen wat betreft de verbetering van vaardigheden en de omscholing van werknemers. ESF+ steunt ook inspanningen voor werkzoekenden met een grote afstand tot de arbeidsmarkt en kan zo een aanvulling vormen op FRO, dat in Zweden op werknemers is gericht.
Regio's en mensen in staat stellen de sociale, werkgelegenheidsgerelateerde, economische en milieugevolgen op te vangen van de overgang naar de energie- en klimaatdoelstellingen van de Unie voor 2030 en naar een klimaatneutrale economie in de Unie in 2050, voortbouwend op het akkoord van Parijs.
Inspanningen binnen het EFRO (beleidsdoelstelling 1) en het ESF+ kunnen de inspanningen binnen het FRO aanvullen wat betreft het vergroten van de vaardigheden en de omscholing van werknemers op de hierboven aangegeven wijze.
Doel van het Fonds voor asiel, migratie en integratie (Amif) is bij te dragen tot een doeltreffend beheer van de migratiestromen en tot de uitvoering, versterking en ontwikkeling van het gemeenschappelijk asiel- en migratiebeleid. Amif kan het Fonds voor geïntegreerd grensbeheer, het instrument voor grenscontrole en visa (BMVI) aanvullen met de ontwikkeling van geïntegreerd grensbeheer, waarbij een van de onderdelen terugkeer betreft. Amif kan ook het ESF+ aanvullen op het gebied van integratiemaatregelen - taalopleiding, maatschappelijke oriëntatie en maatregelen ter voorbereiding op werk. Amif kan vroeg in het integratieproces initiatieven uitvoeren voor in het buitenland geboren personen, terwijl ESF+ een perspectief op langere termijn heeft.
Het EU-fonds voor interne veiligheid (ISF) heeft tot doel een hoog niveau van veiligheid in de Unie te waarborgen, met name door terrorisme en radicalisering, ernstige georganiseerde criminaliteit en cybercriminaliteit te voorkomen en te bestrijden en steun te verlenen aan slachtoffers van criminaliteit. Er kunnen mogelijkheden zijn voor synergieën tussen het ISF en het ESF+ om radicalisering tegen te gaan door sociale insluiting te bevorderen.
https://eufonder.se/om-eufonder.se/in-english.html
Medegefinancierd door de Europese Unie. De opvattingen en meningen die worden geuit zijn echter uitsluitend die van de auteur(s) en komen niet noodzakelijk overeen met die van de Europese Unie. Noch de Europese Unie, noch de steunverlenende autoriteit kunnen daarvoor verantwoordelijk worden gesteld.